vrijdag 30 december 2011

Bali-Singapore




Ge moet zeker een traject meevaren zei Steven ooit en na één of ander feestje stond mijn naam op het traject Bali – Singapore.
Niemand had mij verteld over massa’s muggen, veel te warm, geen wind of uit de verkeerde richting en de massale aanwezigheid van moslims die ervoor zorgen dat je op tijd wakker bent en op de eilanden zelf niet kan opgepakt worden voor openbare dronkenschap.

Maar gezien mijn blind vertrouwen in Steven stonden Magda en ik op 16 / 11 op Bali te zoeken naar iets frisser qua kledij en overnachting voor de paar dagen die de white wizard nog nodig had om Bali aan te zeilen.
Via internet konden we een prachtige B&B boeken en dat bleek dan toevallig een Vlaming te zijn die ons al direct leerde hoe we konden afdingen voor de taxi enz,… maar bij hem was dat niet van toepassing.

Tegen vrijdag 18/11 lag de boot, zoals afgesproken, in Bali Marina(Benoa harbour). Het wederzijds verlangen werd groter en zaterdag kon Magda kennismaken met Steven, Karen en de boot. Wij besloten nog een laatste nacht op hotel te blijven en op zondag te verhuizen. Planning is om maandag inkopen te doen en dinsdag af te varen. Maandag eerst naar immigratieoffice geweest om paperassen in orde maken voor verblijf van de familie. Desloovere in Indonesië . Wij zouden ondertussen vlug postzegels kopen in naburig postkantoor, althans dat dachten we. Maar na ongeveer 1 uur aanschuiven met wachtticket en wat gesjoemel, want Steven was er dan ook aangekomen,lukte het om ze te kopen. De postkaarten zouden we dan wel op één van de volgende eilanden kopen. Helaas lukte dit pas in Singapore waar de Indonesische postzegels niet meer geldig waren. Daarna voorraad voor 3 weken opgeslagen in mega Carrefour , waar de moslims grote ogen opzetten bij het zien vaan de hoeveelheden Bintang(lokale Stella) die aangekocht werden.We dachten ook vlees mee te nemen , vacuüm getrokken . De machine bleek echter stuk en zou pas binnen 3 weken gerepareerd zijn. Gelukkig, want daardoor ontdekten we nog een fijne delicatessenzaak met dito restaurant en gin tonic.Daar dan maar vlees besteld en terug naan Benoa Harbour.
Vergunning zou pas woensdag in orde zijn, dus plannen we op dinsdag een uitstap naar een bergmeer met tempel,Lake Bratan.Het regende pijpenstelen bij aankomst.
Woensdagmorgen gingen Steven en Karen nog vlug eens naar de immigration en daarna werden de trossen losgegooid. De hele dag gevaren rond de oostkust van Bali, een walvis gespot en in de vooravond geankerd thv Candi Dasa.
24/11/2011
Vroeg opgestaan(6uur),koffie maken en vertrekken. Geen probleem om wakker te worden, het moslimgezang is alomtegenwoordig vanuit 10 verschillende minaretten tegelijk.Een 100-talvissersbootjes waren op de terugweg naar huis,met heel kleurrijke zeiltjes, in apart formaat. Net waterspinnen.
Geankerd in Singaraya,laatste stop op Bali. Met bijbootje aan land gegaan, mannen op zoek naar Binang en internet, vrouwen het stadje ingetrokken. Mooie moskee,, zilveren koepels, een jongetje voor de poort, een omaatje die vanuit het deurgat dag zegt. Zou mooi kunnen zijn als het wat properder ware. Kakkerlakken alom in de open riolen, ratten soms ook.
Op terras samen wat gegeten, muggen weggeslaan en genoten van de mooie zonsondergang.
Vroeg vertrokken, westelijke richting , naar Sapudi(eiland).Daar enorme zwaardvis gezien.Heel heet, en gezien ons metabolisme nog niet op tropische temperaturen is afgesteld , konden we ’s nachts binnen de slaap niet vatten en sliepen wedikwijls op het dek. Tot de muggen te handtastelijk werden of het begon te regenen

26/11/2011
Madura is de volgende bestemming. Busje gecharterd in Slopeng naar dichtstbijzijnde stadje, Sumenep,want daar zou er wellicht Bintang te vinden zijn in een lokaal hotel. Edoch, dit was buiten de moslims gerekend. We riden tussen bananenplantages en rijstvelden, kleurrijke huisjes en fietsers volgeladen met bergen gras zijn een attractie op zich.Terug naar Slopeng, één sloppendorp met weeral eens de moskee als mooiste gebouw.De godsdienst zorgt voor hun geld.
27/11/2011
Warme nacht vol muggen en imamgezang.We hopen 40 mijl te varen langs de noordkust van Madura, ankeren thv Telaga Biru. De mannen zetten ons af met de Zodiac,zij blijven aan boord. Een kudde geiten wordt aan de oren in een kleine schuit gesleurd, ééntje belandt zelfs naast de pier in het water.Het dorpje is volop een ceremonie aan het voorbereiden voor de volgende dag. We kopen brood met erin chocolade en kaas. Niet te vreten bleek achteraf,maar je doet met wat je krijgen kunt.
’s Nachts hevig onweer.
28/11/2011
Rond 5U30 motoren gestart richting Bawean, 70 NM verderop. Eerst windstil,dan gelukkig meer, soms tot 8 knopen.Rond 17u30 ankeren we in een groen en heuvelachtig baaitje.
29/11/2011
Rond 7 uur, later dan gepland wegens naderend onweer, vertrekken we richting Borneo.
30/11/2011
De kaart vertelt ons dat richting Kumai heel wat rotsen en ondiepten liggen. Regelmatig zien we een aanduiding van 2 meter op de dieptemeter.Veel verkeer op de Javaanse zee, vooral vissers, maar ook grote containerschepen.We varen Borneo binnen op de Kumai rivier en ankeren thv de stad Kumai (Indonesische provincie Kumantan).Onder hevige regenval ankeren we Jonge locals Abend en vriend komen ons per speedbootje hun diensten aanbieden om ’s anderendaags het Uran-Utan park te bezoeken.
1/12/2011

’s Morgens om 8u3 vertrekken we met speedbootje op de rivier naar Urang-Utang park om bij eerste voedselbedeling te zijn. Dit bestaat vnl uit bananen. Het zijn vooral moeders en jong die we zien.ze zijn helemaal niet schuw en nemen maar al te graag een banaantje aan.
Dan richting Tajung Puting , wat museum en verzorgingscentrum van de apen is. Op de weg naar de 2e voedselplek is de rivier dichtgeslibd met reuzeyucca’s .De grote boot die na ons kwam maakte de wegvrij door wat heen en weergebeuk .Onder de gietende regen Kumai terug binnengevaren.’S Avonds diesel opgehaald en in lokaal tentje gegeten.

2/12/2011
In de voormiddag lokale markt aangedaan met Steven en Karen, Eric bleef aan boord omwille van verzwikte enkel bij de Uran –Utan.
In Kumai staan de mooiste appartementen ter beschikking van, je raadt het nooit, de zwaluwen.Chinese handelaars bouwen er appartementen waar enkel de benedenvedieping bewoond wordt door mensen, de overige zijn bestemd om zwaluwen te herbergen die dan ook continu binnen en buiten vliegen.Er zijn zelfs megafoons met zwaluwgegier geïnstalleerd om ze te lokken. Het is vooral om de eitjes te doen, die chinezen als een echte lekkernij beschouwen.Door te verbroederen met de lokale jeugd wist Eric te vernemen dat ze niet allemaal zo fanatiek moslim zijn, en het verbod op alcohol handig omzeilen door zelf rijstwijn te stoken. Een zwaar goedje van 40 °, ze waren dan ook aardig aangeschoten.


3/12/2011
Vroeg met de stroom mee uit de riviermonding vertrokken,Vrij zware zee,32 knopen,we moesten naar west en de wind zat ook west.Na 46 nm ankeren we in baai ten ZW van Borneo.

4/12/2011

Rustige nacht zonder imamgezng. Om 6 uur vertrokken, platte zee, weinig wind. Bedoeling is om 3 dagen en 2 nachten non-stop te varen. De nachtwacht wordt afgesproken ,wij waken van 2 tot 4 uur.

5/12/2011

Geen problemen deze nacht. Grote vrachtschepen zien we van ver ,soms van dicht.
De Tweede nacht krijgen we meer wind en de stuurautomaat kan de koers niet aanhouden, manuele bijsturing is nodig. Kort nadien valt de bakboordmotor uit. Steven kruipt het motorcompartiment in en na vervanging van de dieselfilter varen we weer op 2 motoren.
Zonder bakboordmotor was helemaal net evident om de juiste koers aan te houden door de nogal hevige stuurboordwind. Bij het nadien bekijken van de gevolgde tracklijn kwam een nogal grillig patroon te voorschijn ….

6/12/2011

We varen Belitung voorbij ,en ankeren onder Bangka in de baai voor Bantil. Prachtige plaats , veel vissersbootjes passeren ons, verderop veel paalhutten waar de vissers verblijven.

7/12/2011

We verlaten de Java zee en varen op de Selat Bangka , 60 NM te Gaan.
Om 18 U ankeren we the Bantang voor Sumatra.

8/12/2011

Vandaag 60 NM te varen naar monding van rivier die naar Palembang gaat.Onderweg kopen we van een passerend vissersbootje een grote vis “perch”volgens Stevens’ visencyclopedie, die we op de BBQ klaarmaken.
Wat later politiecontrole – komt aan boord met machinepistool,staat beaat te lachen en na 50.000 rupian (4 euro) te hebben ontvangen stapt hij het af.We ankeren tussen paalhutten van vissers, wel honderd bijeen.’S Nachts kregen we bezoek van een vissersboot . Je moet wel van je af bijten of ze springen aan boord voor je het weet.

9/12/2011

We varen de rivier op tot het dorp Sumsang, een dorp volledig op palen gebouwd, heel druk bevolkt. We zijn een wederzijdse attractie.
Om 11 uur vertrekken we per speedbot naar Palembang om Maarten op te pikken.
Er moest wel verplicht iemand aan boord blijven en Eric verklaarde zich kandidaat. Achteraf gezien een goede beslissing want in Palembang was geen tijd om iets te doen, immers hadden we nog eens 1U30 op de speedboot voor de boeg.Net voor donker terug aan boord van de White Wizard waar geklonken werd met Bintang natuurlijk op Maartens aankomst. De gin was immers al dagen op en nergens te bekomen.
10/12/2011

Na hevig onweer vertrekken we 115 NM , 1 dag en 1 nacht varen.

11/12/2011

Om 8 uur ankeren we op het eiland Singkep.
Aan land eerst solar(diesel) gezocht. Een lokale fietstaxi wordt aangesproken om alles tegen 17 uur naar de Zodiac te brengen.We eten in een lokaal tentje ,lekkere scampi’s en bami.
Een lokale gids helpt ons aan vervoer om het eiland te bezoeken: een waterval van 10 meter waar de locals graag verfrissing zoeken en zwemmen met de kleren aan. Dan door kleurrijke straatjes naar het strand Pantai Batu Berdaun.
Terug bij Zodiac merkten we dat het eiland wel degelijk getijden kent. De boot lag ondertussen een heel stuk van de waterlijn weg.

12/12/2011

Vroeg vertrokken, richting Mesenak. De geplande route kon niet gevolgd worden doordat op de kaart mijnenvelden aangeduid stonden en we dan maar rond de Riau-eilenden varen.
Bij het oversteken van de evenaar komen plots een lelijke Neptunus en een knappe zeemeermin opduiken en moeten we samen met Maarten de gebruikelijke rituelen ondergaan,natuurlijk met begeleidende toast op Aeolus,Neptunus en alle andere weergoden.
Geankerd in de baai van Mesenak, tussen enkele paalhutten.

13/12/2011

Vroeg vertrokken, richting Batam,langs prachige eilandjes. Voor het eerst zit de wind goed, tot 9 knopen op zeil. Het gaat sneller dan verhoopt vooruit , de grote tankers zijn er terug en in de namiddag meerden we aan in Port Nongsa , de eerste prachtige jachthaven , omgeven door een luxueuze resort. Eindelijk terug een deftige gin tonic te verkrijgen.Ook het eten wordt royaal weggespoeld met gin tonic en daarna wordt in de bar het drankje nog een paar keer besteld door Eric .Rum moesten we ook drinken, een verplichte drank bij het oversteken van de evenaar volgens een Engelse expat. Dan maar zo gedaan. Met de nodige ondersteuning en op afstand begeleid kwam Eric veilig aan boord.Een kermis is een geseling waard, alhoewel Eric daar the day after wel anders over dacht.

14/12/2011

De skyline van Singapore is overweldigend , en we meren dan nog aan in Keppel Marina, vlak onder 5 prachtige futuristische gebouwen. Algauw blijkt dat heel Singapore één grote architectonische parel is. Je vergaapt je aan die gebouwen en de stad is ook extreem netjes. Een groter contrast met de voorgaande steden is nauwelijks denkbaar.
Hiermee willen we ook Karen en Steven van harte bedanken voor de unieke tocht die we samen met hen mochten beleven en de joviale gastvrijheid

vrijdag 23 december 2011

Maarten schrijft




Van Palembang tot Singapore.
Alvorens op de boot toe te komen, gaat er steeds een vlucht-, en reiscircus aan vooraf. Dit kan je nagaan bij alle crew die al is meegevaren, voornamelijk dan diegene die in de onbereikbaardere delen zijn opgestapt, zoals de kleine eilandjes in Frans-Polynesië. Deze keer was het opnieuw een ervaring, hoewel minder dan die van anderen, als Katrien en Karin, maar toch het vermelden waard.
Een enkele vlucht naar Singapore en een enkele vlucht naar Palembang zaten in mijn reiskoffer bij vertrek. Singapore mag je niet binnen zonder ticket ergens anders heen en jammer genoeg is dit ook zo met Indonesië. Een uur voor opstijgen van de tweede vlucht moest ik dus nog een goedkoop terugvluchtje naar Singapore regelen, anders was er van Indonesië geen sprake en ging ik illegaal vastzitten in de kleine rijke stadsstaat. Via een tussenlanding in Jakarta, waar je een visa en een luchthaventaks moet betalen, toegekomen in de grootste stad op Sumatra. Een goed half uur later, waarbij elke taxidienst afgewimpeld moest worden, kwamen de bewoners van de White Wizard me ophalen in de wagen van en met locals. Natuurlijk veel volk op de baan.
Een dikke twee uur later, met de eerste kennismakingsgesprekken en bezoek aan een karaoke met de allures van een bordeel, namen we een houten bootje die ons twee uur later zou afzetten op de boot.
Van daar aan, veel gevaren tussen de eilandjes, met de vissers die vergezelden en slapen tussen de paalwoningen. Dit is de reden waarom je een deel meegaat op die twee jaar durende reis. Op een bepaald moment zijn de eilandjes op en zie je de skyline van Singapore. Een rilling van kinderlijk enthousiasme maakt zich meester van je wanneer je de gebouwen, de luxe, de weelde en de ongelofelijke drang van meer, hoger, beter ziet. Het geheel is futuristisch, met een eiland enkel voor amusement, eindeloze reeksen shopping malls en bars op elke hoek. Toch is het chinatown en little india die het meest aantrek hebben. De sfeer van de kleine straatjes met de opdringerige inwoners die je alle prul willen aansmeren.
Naast het dure geweld vind je overal in de stad foodcourts waar je eten kan bestellen zoals bij ons op de markt of kermis, maar het daar dan ook kan opeten op een plastieken stoeltje met dito tuintafel en een emmer bier. Hier kost een goede maaltijd slechts 2,50 euro terwijl je overal elders tot de 20 euro gaat.
Het minpunt van de staat is het onderwijs, zo wordt ons verteld. Ze leren niet kritisch denken of met hun handen werken, waardoor er veel buitenlanders het vuile werk doen en de rest gemakkelijk kan inpassen in het strenge systeem.
Wat we onthouden is dat er overal ter wereld vriendelijke mensen zijn, maakt niet uit hoe welgesteld ze zijn. Het is leuk de wereld rond te reizen en nieuwe culturen te ontdekken, maar de gezelligheid van ons Europese land heb ik nog niet teruggevonden.

Van Bali naar Singapore




Zoals eerder komt er een verslagje van de opvarenden, Eric en Magda. Onze Maarten zal iets over zijn vaart van Palembang naar Singapore schrijven. We zijn ondertussen einde 2011. We vertelden het al, het is ongelooflijk hoe snel de tijd vliegt. Onwezenlijk was ook de aankomst in Singapore. Na maanden van kleine dorpjes, hutjes, af en toe een winkeltje, landweggetjes, soms geen autos, enkel kar met paard; de gigantische en vooral futuristische buildings van dat kleine staatje tussen Indonesie en Malaysie. Het stadsbeeld snijdt je echt de adem af en toont hoe het wel kan. In vele zinnen zouden wij hier een voorbeeld kunnen aan nemen. Ze durven spectaculair bouwen en staan open voor “alternatieve” architectuur. Ze kennen de macht van de economie, durven investeren in megaprojecten, zodoende een enorme tewerkstelling creëren en afdoende ruimte voor kantoren maken, zodat er weer in gewerkt kan worden. Ze begrijpen hier wel dat je eerst moet investeren en dat daarna de boost volgt. Bij ons wacht en telt men hoeveel mensen er nu zijn, hoeveel bewoning ze daarvoor misschien wel nodig hebben en hoeveel kantoren ze missen. Totaal gebrek aan durf en toekomstvisie en teveel aan politiek. Dit laatste is volledig voor mijn rekening, na de berichten van het zoveelste uitstel van twee prachtige projecten waar ik zo’n 2O jaar mee bezig ben. Hier komen we waarschijnlijk aan de grootste rijkdom van onze wereldreis: een opener wereldbeeld, veel verrijkende menselijke contacten en massa’s nieuwe ideeën, waar we vast iets zullen mee doen!

zaterdag 19 november 2011

Kupang tot Bali




Zoals we aangaven in het vorig bericht, Azie is totaal nieuw voor ons. Ook helemaal anders dan wat we tot nu toe gewoon waren. De mensen zijn buitengewoon vriendelijk, de meesten kunnen alleen Hello Mister roepen, maar hier en daar komen we toch engelssprekenden tegen. Het is echter wel een andere wereld. Pijnlijk is dat het smeriger wordt. Vergeleken met Australie is de zee hier vuil, iedereen is gewoon van alles op de grond of in het water te gooien. Nu, wij kennen dat ook in Portugal, Spanje en Zuid Frankrijk. De natuur is echter weer prachtig mooi en de mensen zijn super vriendelijk. Op sommige plaatsen worden we gevraagd een zekere Luna te kennen, Luna Siffer heeft hier duidelijk indruk gemaakt. Na Kupang in West Timor , een grote drukke stad, ankeren we in enkele onooglijke dorpjes . De primitiviteit is er troef, doch altijd even vriendelijk. Op de meeste plaatsen verstaan ze je niet , maar toch tonen ze ons het offerfeest van de Moslims , niets voor mensen die geen bloed kunnen zien. In verschillende dorpen worden we gevraagd om de engelse les bij te wonen en wat tips te geven. Ik probeer uit te leggen hoe groot , rond en toch klein de wereld wel is, Karin heeft meer didactische kwaliteiten en helpt de jeugd hun engels bij te schaven. Komodo en Rindja zijn speciaal, alleen op deze twee kleine eilanden leven er Varanen. De laatste afstammelingen van de dinosaurus, aldus de gidsen. Bij het eerste zicht zachtaardige beesten, tot we een klein exemplaar een hert zien neerhalen door haar achterpoten af te knauwen, om nadien het hazenpad te moeten kiezen omdat er twee , enorme varanen, het bloed hadden geroken en nu de rest onder zich willen verdelen. Ze vreten zoals een slang, eerst zoveel mogelijk afrukken en binnenslikken, de maag doet de rest wel. Een wreedaardig, maar realistisch beeld van een uniek dier, dat alleen maar op deze 2 eilanden voorkomt. Indonesie is de grootste eilandengroep ter wereld. De religies zijn ontelbaar, doch Hondoes en Moslims zouden in de meerderheid zijn. Wat de moslims betreft is het duidelijk, je hoort ze overal , dag en nacht , roepend uit luidsprekers in de moskee, ze zijn niet echt ingetogen ! Volgens mij zou het subtieler kunnen 
Elke , niet voor te bereiden ankerplaats, is dus een verrassing. Nu liggen we in Bali. Eric en Magda zijn er toegekomen, en binnen vier dagen vertrekken we richting Borneo,om Maarten op te pikken in Palembang (Sumatra), vooraleer we naar Singapore varen. Kortom, het avontuur is er elke dag en daarvoor doen we het.

vrijdag 28 oktober 2011

Thirsty Island tot Darwin



Na het dorstige eiland, omdat ze er geen water hebben, volgt de Golf van Carpenteria. Een oversteek van 350 mijl of drie dagen varen, weinig wind, dus de laatste brandstof gaat er aan. Van hieraf zijn we in Northern Territorry, het minst bewoonde , dorre gedeelte van Australie, met voornamelijk Aboriginal, of original settlements. Hier wonen en leven de eerste bewoners van Australie nog altijd op hun traditionele manier. En dit is nu blijkbaar het grote probleem van dit immense land. Veel aboriginals willen zich niet aanpassen aan de 21e eeuw en leven van “den dop”, die ze voldoende vinden. Ze krijgen tevens huur voor het gebruik van delen van hun land, bvb in Gove, hebben de blanken er een immense bauxietmijn, om aluminium te maken, en daarvoor betalen ze dan een jaarlijks huurbedrag, waarvan de ganse omliggende aboriginal community , ruim kan van leven. Velen kiezen dan ook om niet te werken en traditioneel te leven. Wij kunnen en willen geen oordeel vellen, maar dat het niet werkt, dat is duidelijk. Alcohol en incest zijn duidelijk herkenbare problemen, waar niemand in Australie tot op vandaag een oplossing voor gevonden heeft.
Van hieruit hoppen we weer elke dag naar prachtige baaien in een praktisch onbewoonde wereld. We zien opnieuw prachtige roofvogels en enkele krokodillen. Het ongemak van niet meer te kunnen zwemmen weegt niet op tegen de pracht van de natuur. Hier in het noorden dienen we , zoals thuis, meer en meer met stroming rekening te houden. In sommige doorgangen tussen eilanden staat er tot 9 knopen stroom !
De Australische geschiedenis is, vergeleken met de onze, van gisteren. We bezoeken enkele historische plaatsen, vermits vooral de Engelsen, op verschillende plaatsen geprobeerd hebben om een stad te bouwen. Het land was echter op vele plaatsen te dor , de muggen wel maar de aboriginals waren niet altijd blij met hun komst. Na verschillende pogingen liep de “Beagle”, het schip waar eerder Darwin mee vaarde, het huidige Darwin binnen. Vandaar ook de naam.
Darwin , met zijn 100.000 inwoners zou de snelst groeiende stad zijn van gans Australie, met een havencapaciteit die die van Sydney met zijn 6 miljoen inwoners, sterk overstijgt. Tevens is het de “gateway” tot Azie .
We bleven hier een week, vooral om wat reparaties te doen. Ondertussen is het natte seizoen begonnen, en krijgen we bijna elke dag het prachtige schouwspel van de “Thunderstorms”. Prachtige en gigantische bliksems, gevolgd door veel lawaai en windstoten tot 50 knopen. Het gaat allemaal snel voorbij en we geraken er aan gewoon , dus tijd om te vertrekken.
Morgen varen we naar Kupang, West Timor, Indonesie. Een kompleet nieuwe wereld voor ons. Na vier dagen moeten we onze eerste stappen in Azie kunnen zetten, maar dat horen jullie dan wel.

woensdag 5 oktober 2011

1 september 2011 gepasseerd !




Toch een magische datum voor ons. Binnen een jaar moeten we terug zijn. We passeerden eergisteren het meest noordelijke punt van Australie, namelijk Cape York. Ondertussen zijn we 7 oktober en liggen we op Thirsty Island, één van de eilanden in de Torres Strait. Hier wonen Islanders, een speciaal mix van rassen, zeer vriendelijk en behulpzaam. Vandaag wordt het ook Thursday Island genoemd, maar historisch blijkt dit onjuist te zijn. Van Mackey , ons laatste bericht , zijn we elke dag aan het eilandhoppen. Dwz elke morgen vroeg vertrekken , spi op, en vijftig a zestig mijl zeilen tot volgend eilandje of baai om te schuilen voor de nacht. Veel sociaal kontakt is er niet, maar yachties onder elkaar zijn zeer sympatiek en leerzaam. Zo vaarden we een stuk met een koppel dat in Darwin woont en er terug naar op weg is. Morgenochtend gaan we drie dagen varen om de golf van Carpenteria over te steken tot in Gove. Tegen 21 oktober plannen we in Darwin te zijn om er een weekje te blijven. Zoals je kunt zien op een foto, stijgen mijn visserscapaciteiten. Een lekkere Spaanse makreel, gevangen tussen de riffen. Vermits hij veel te groot was voor ons, konden we de helft wisselen voor een prachtig stuk rode tonijn. Dus twee lekkere vissen in één klap. Enkele dagen geleden hebben we ook onze eerste krokodillen zien zwemmen ; het is wel jammer dat we nu zelf geen frisse duik meer kunnen nemen want het is hier heel warm…..

zaterdag 24 september 2011

Foto's tegoed




Zijn onderweg naar Darwin en liggen nu in Coockstown, de laatste voorraad stop voor zo'n 400 zeemijlen. Het volgende mailcontact zal echter maar binnen 1200 zeemijlen zijn, namelijk in Darwin. We konden foto's in Makay niet laden, vandaar dat we het nu proberen.
Tot binnen 1 maand

Foto's tegoed

Zijn onderweg naar

woensdag 14 september 2011

16.183 zeemijlen of Australie

Op 25 augustus is het dan eindelijk zover, onze twee visa zijn in orde en kunnen we vertrekken van Noumea, Nieuw Caledonia, naar Bundaberg, Australie. Wel gemakkelijk dat je dit via internet kunt regelen. Het weer tijdens deze zeven dagen overtocht is weinig stabiel; zon ,regen ,bliksem en wind van 1 t/m 8 beaufort. Zeer vriendelijk onthaal door de burokraten van Bundaberg. Eerst quarantaine, die zelfs alle hout naziet op beestjes, alles wat nog vers is moet afgegeven worden zoals alle melkproducten en eieren. We hadden het natuurlijk al allemaal opgegeten ! Daarna kwam de , opnieuw, zeer vriendelijke douane, die de ganse boot onderzochten. No worries, Australie is nu eenmaal een continent en wij kwamen van de andere kant van de wereld. Niet te vergelijken met de permanente douane controles in Nieuwpoort, notabene controle op boten van mensen die al meerdere jaren in de jachthaven liggen . 2 september varen we Noord (wat nu even zo zal blijven tot de 10e graad) naar Mackay, waar we de WW op het droge zullen zetten voor enkele herstellingen en opnieuw antifouling. We gingen tegen de kaai in Rarotonga, dus er was wat schade aan de achterkant, een schroef staat losjes, de roerkoningen maken teveel lawaai (zoals elke overbodige koning) , er stond water in het achter kompartiment van de bakboordromp, omdat de hechting van de zwemtrap loskwam en de rompen zagen redelijk groen. Over antifouling zal ik later nog wel eens duidelijker zijn. Twee dingen staan vast, ze zijn allemaal zeer beperkt in tijd en kosten veel geld !
We ankeren elke avond op een andere plaats, waar Pearl Bay en Middel Percy Island, ongelooflijk mooi zijn en we prachtige mensen leren kennen. Op 8 september komen we voor de haven van Mackay. We genieten daar van een langdurig spektakel van moeder en kind bultrug , die voortdurend met hun staart het water doen opspatten. Even later liggen we aangemeerd in de jachthaven en drie dagen later gaat ze eruit. We profiteren hiervan om het Eungella National park te bezoeken en op de terugweg een heuse stierenrodeo mee te maken. Van zodra de WW op het land staat, werken we van zonsopgang tot –ondergang, en kan ze er na twee dagen , weer in. Vandaag dus, ligt WW terug in het water en morgenvroeg om 6 u zijn we er weer mee weg. We leven met de zon, van zodra ze opkomt zijn wij er ook en tegen dat ze ondergaat, gaat ook onze pijp uit. De route gaat nu langs de kust van Noordoost en Noord Australie, om tegen eind oktober in Darwin, klaar te zijn voor de oversteek naar Bali. We willen voor het cycloonseizoen weg zijn uit Australie. Tegen dan hoor je meer van ons…. Wij horen ook de onheilspellende berichten over de Somalische piraten, maar daarvoor is het nog te vroeg en er zijn alternatieven, so no worries !

dinsdag 23 augustus 2011

Koken met de kannibalen...Vanuatu !




Westwaarts, een oversteek van 4 dagen en nachten, met als bestemming (speciaal geselecteerd door Jakke), het eiland Tanna.
De verwachtingen zijn hoog, maar de eerste aanblik is minder spectaculair dan verwacht. Enkel doorheen grijze mist verschijnt het eiland. Van een vuurspuwende vulkaan geen glimpje te zien.
We ankeren in de baai voor het dorpje Lenakel, achter de branding van het rif! Dat zullen we 's nachts geweten hebben. Onze mening mag onmiddellijk worden bijgesteld met de aanblik van wat de hoofdstad zou moeten zijn! We zien onze cap vertrekken voor de gebruikelijke administratieve rompslomp.

Ook onze meer ervaren wereldreizigers hebben de indruk dat we hier in een nog primitieve omgeving beland zijn. De westerse cultuur is er na de landing van captain Cook, gevolgd door wrede handelaren en gedreven missionarissen, uiteraard ook niet onbekend. Maar men bezit er nog maar weinig van. Verharde modderwegen, beperkt vervoer (truckpooling is hier een levenswijze), hutten als woning,...

Voormalige kannibalen,...maar gelukkig blijken de locals eerder verlegen en vriendelijk. En verrassend goed in taal. Men spreekt ofwel vlot Frans ofwel Engels, wat de communicatie erg makkelijk maakt. Waarom wie welke taal leert is ons nog niet echt duidelijk.

Onze eerste gids is Remy, franstalig en verkozen gouverneur...of althans toch iets belangrijk. Hij zorgt ervoor dat we een lekker avondmaal voorgeschoteld krijgen en dat we de volgende dag een bezoek mogen brengen aan een traditioneel dorp.
Of de schaars geklede (mannen peniskoker en vrouwen lange strooien rok) bewoners hun welkomstdans enkel nog voor de toeristen opvoeren, is ook iets waar we naar te raden hebben. Wel blijkt dat ze nog primitief en traditioneel in een prachtige omgeving wonen. Een uitgestrekt dorpsplein omgeven door grote banyans en in de diepte, een waterval waar een tarzanscene kan verfilmd worden. (een rol voor Steven?)
De schattige kindjes die er rondlopen zijn camerabewust, ze poseren met plezier voor onze foto's.

Rechtopstaand achteraan in de pickup hobbelen we terug uit de brousse. Bukken voor overhangende takken, zwaaien naar de locals die we passeren (wat ons een pausgevoel oplevert) en een stop in een nederzetting waar "yam" voor ons geprepareerd werd. Onwennig en ietwat stijf in langverleerde klerenmakerszit smaakt de maaltijd geserveerd op plantenbladeren verrassend goed. De gastheer onderhoudt op een rustige manier het gesprek en de rest van de familie zit evenveel naar ons te staren als wij naar hen.

Na de middag wordt het anker gelicht. Steven richt de steven naar port Resolution. Het blijkt een prachtige baai, aan de voet van de vulkaan mont Yasur te zijn. Even is het ons niet duidelijk waar de jachtclub zou kunnen zijn. Verscholen in het groen op de steile helling, geen mondaine bedoening, maar een eenvoudige barak waar nu de vvw-nieuwpoortvlag hangt tussen vele andere wimpels.

Het is de volgende dag de afspraakplaats met Stanley. Hij zorgt dat we vervoer hebben naar de top van mont Yasur. De gidsen, of eerder begeleiding, zijn 3 meisjes op blote voeten en in T-shirt. Wat een verschil met onze lange broeken en windstoppers!
De rit is erger dan een woelige zee doorstaan...
Maar het loont de moeite. Terwijl we op de kale top naar boven klimmen gromt de vulkaan als een boos beest regelmatig onder onze voeten. Onvoorstelbaar, wij staan op de rand van de krater en zien vanuit de gloeiende lavahaarden, begeleid met grote stoomwolken, brokstukken meters de lucht invliegen. De fototoestellen klikken, maar de meest indrukwekkende momenten om vast te leggen moeten nog komen.
Wanneer de zon om 6 uur ondergaat, staat bij iedere eruptie de hele krater in een helse gloed. Sommige uitbarstingen zijn zo krachtig dat je achteruitgeblazen wordt door een drukgolf. Is dit nog wel veilig? Bangelijk is het in ieder geval. Jakke, die reeds maanden naar dit hoogtepunt van zijn reis uitkeek, is in extase!
Steven en Karin worden door een beroepsfotograaf als modellen gebruikt bij zijn fotoshoot. Wie weet, binnenkort staan ze op een reclamefolder voor deze attractie...
En we hadden nochtans het idee om de rest van de wereld niet te informeren over dit prachtige eiland... Goed fout bezig dus!
Nu ja, dan kunnen we er ineens bij vertellen dat we ook een baai zagen waar kleine haaien van op een klif gespot kunnen worden, dat er fantastische plaatsen zijn om te snorkelen, hagelwitte stranden, warmwaterbaden in zee, dujongs aan de kust en.... wanneer je wegzeilt bij het ochtendgloren, enkele bultrug walvissen zijn die opspringend hun witte buik tonen. Dit is tegelijk de snelste manier om de volledige crew uit zijn kajuit te schudden : Waaaaw!!

Wat we bijleerden op deze zeiltocht : enkel harde bewijzen tellen (ook voor simpele duiven), de wereld rond is, het zuiderkruis er nog staat, de wind altijd wegvalt als je de motor afzet, Steven zijn Frans steevast in het Engels beantwoord wordt, de pinten op Tanna duur zijn, er op île de Maré zelfs geen bier aan Jakke verkocht mocht worden (dieptepunt van zijn reis), dat er in de Pacific nu nood is aan een zelfhulpgroep voor vishaak gepiercde vissen!

En wat betreft onze missie ... opdracht volbracht. Alle cadeaus kwamen goed aan en werden enthousiast ontvangen. Karin D is nog steeds het zonnestraaltje naast Steven die, het moet gezegd worden, in gewicht dan wel verminderd is maar mentaal nog even sterk staat!

Voor ons zit de reis erop. Vanuit Nouméa (New Caledonie ) zijn wij huiswaarts gevlogen. Fantastisch dat wij dankzij jullie warme gastvrijheid van een stukje wereldreis hebben kunnen meegenieten.
Goede vaart!

Katrien & Karin M

maandag 22 augustus 2011

Fiji here we come !




Wij (Katrrien S en Karin M) vertrokken met een missie: in opdracht van alle vriendinnen Karin D op bus 5 zetten. Noodgedwongen moesten wij dus naar de Pacific afreizen…
Een hele vliegtuigreis, met een staartje: Steven liet ons vanuit Nandi (hoofdstad Fiji) nog een extra vlucht maken in een gammel vliegtuigje naar Savusavu (Vanua Levu). We werden met open armen en gejuich van Karin opgewacht, zonder twijfel waren we welkom! Dit wordt duidelijk de eerste “maidentrip”.
De WW lag geankerd in een prachtige baai, voor ons de eerste van zovelen. Maar eerst mee leren drijven op het ritme van de oceaanvaarders: niet lang na sunset in de kooi, met sunrise opstaan en daartussen genieten van de pracht die er te zien valt. Snorkelen in een aquarium, warm waterbronnen opzoeken, zondagse gezangen, spotten van vogels en flying foxs (reuzenvleermuis), cocktails drinken met frangipannebloemen in je haar…
Met de neus in de wind en vele zeil-uren later ankeren we in de Soso bay (Yasawa eilandengroep). In plaats van een beschutte ligplaats, blijken we in een surfbaai te liggen met dito golven. Karin D heeft Rarotonga visioenen. Iedereen een slechte nachtrust.
Om de hoek, tussen koraalriffen door varend, blijken we een goede ruil te doen. De Manta ray bay is de plaats waar men deze vriendelijke reuzenroggen kan spotten. Helaas, ze geven niet thuis wegens slechte windrichting. Wij vrouwen troosten ons met een minstens even interessante vondst: de Wilson van Tom Hanks, of het had toch gekund. Castaway eiland ligt hier vlakbij.
De volgende halte, Vomo island, tart onze verbeelding opnieuw. We hebben blijkbaar niet genoeg 5 sterren allures om de omzet van de bar te doen stijgen. Wie zou er in dit poepchique resort resideren? We duiken wel in het 5 sterren koraalaanbod. Alleen Jakke heeft een tot nu toe onopgelost snor-duikbrilprobleem. Iemand tips voor hem?
Na bevoorrading en uitklaring in Lautoka begint voor ons de enige langere overtocht naar wat volgens Jakke het hoogtepunt van onze trip zal worden : het eiland Tanna (Vanuatu).
We leren nog een extra ritme van de WW kennen: wachten om de 2 uur. Sommige gebeurtenissen kunnen de dagen of nachten kleuren: dolfijnen naast de boot, tonijn aan de haak, tonijn van de haak terug in zee (mental coaching van de sportvisser Steven dringt zich op), de grote vod (de spi volgens Jakke) die naar beneden valt, ene scheppen op tijd en stond,met gotcha elkaar vermoorden, de grote Bart Peeters kwis,…

zondag 21 augustus 2011

Met zijn vijven in Fiji, Vanuatu en Nieuw Caledonia


Dit wordt een kortje. Karin en Katrien bereiden, tijdens hun vlucht terug, de langere versie voor. Deze komt dus binnen een weekje of zo. Karin en ik zijn weer alleen en varen , van zodra het weer meezit, richting Australie.
Bijgaande foto wilden we jullie al meegeven. Hebben spectaculaire dingen gezien en gedaan.

zondag 24 juli 2011

Rarotonga-Nuie- Tonga




Samen met Jakke naar FIJI

Samen met Jakke zijn we vanuit Rarotonga eerst naar Aitutaki, dan Palmerston en Niue gevaren. Kleine doch heel toffe eilanden met allemaal een persoonlijk karakter. Bv. In Palmerston wonen maar 70 mensen die allemaal familie zijn van elkaar. Zo’n 150 jaar geleden heeft een engelsman , William Masters, er drie vrouwen gehad en zo drie families gesticht, iedereen noemt er dan ook Masters ! Onderweg hebben we enkele Bultrugwalvissen gespot. Om parasieten van hun lijf te schudden, springen ze op hun rug uit het water, fantastisch. Het zalige aan deze reis is dat we telkens nieuwe unieke plaatsen verkennen en heel toffe mensen ontmoeten. Het is wel jammer dat we nog altijd geen bereik hebben met onze gsm ; ikke wél !
Wij zijn nu in Tonga en hebben mijn verjaardag hier al goed gevierd .De 22ste juli heeft wel maar enkele uren geduurd want in Tonga aangekomen moesten we de datum met 1 dag verzetten;21 juli werd om 18u 22 juli. Grappig hé!
Het feestje eindigde hilarisch , want toen de kapitein dacht een kortere weg te kunnen nemen belandde hij in het water. Een dag later deed Jakke dit over, na een mislukte poging om elegant in het bijbootje te stappen . Als de kapitein wilt zwemmen voordat het zondag wordt , wie ben ik om hem dat pleziertje alleen te gunnen ! Trouwens , Steven was te vergelijken met Comedy Capers , ik was gewoon stom .
De stemming aan boord is nog altijd heel plezant en ontspannen .Morgen vertrekken we naar de Fiji-eilanden en binnen enkele dagen komen Katrien en Karin aan boord , die Karins 50ste verjaardag extra in de verf willen zetten. Eindelijk nog eens wat meidenleute op de WW!
Probeer zoveel mogelijk te genieten van alle leuke momenten en doe veel groetjes aan iedereen. Dikke zoen en tot volgende keer…………..

Jakke: Wat betreft de eilandjes , Rarotonga en Aitutaki had ik al gezien , dat was nog altijd de moeite al wordt Rarotonga iets te veel ingepalmd door de nieuwe toeristen . Palmerston is gewoon maf : hoop en al 70 inwoners , allemaal familie en toch hebben ze ne flik nodig . Misschien om de incest wat onder controle te houden ? Niue is ook speciaal : alleman gaat daar lopen vanwege de orkanen , de Nieuw-Zeelanders wijken in .
Wat Tonga betreft , ook hier een speciaal publiek ~ alle Tongalezen zijn zaterdag berenzat , om nog niet te spreken over de fakaleites , alle jeanetten hierheen zou ik zo zeggen ! Gelukkig ben ik er nog om de rest van de crew veilig de weg naar de boot te wijzen , én om te vertellen welke dag het is . Voor de rest ben ik stillekes bezorgd aan het worden vanwege de slinkende (drank)voorraden , naar het schijnt moet bijna alles op voor we in Fiji zijn . Aan mij zal het niet gelegen hebben !
Vandaag trouwens nog naar een Tonga feast geweest , eten opgegraven uit de grond , kava (waar ik de enige was die meerdere porties tot mij heb genomen) , varken aan het spit maar niet echt een bacchanaal zoals we soms bij ons thuis meemaken . Die gasten slubberen gewoon de ganse dag een kavabokaal leeg . ’t Was wel lekker .

maandag 4 juli 2011

Van Frans Polynesie naar de Coock eilanden




Na het vertrek van Soetkin lieten we in Tahiti onze bakboord motor herstellen, gelukkig in garantie. Een pluim voor Volvo Penta voor de vlotte oplossing, wat we van een ander toestel niet kunnen zeggen (later meer daarover) . Daarna moesten we 8 dagen in Moorea blijven omwille van een tropische depressie en een pijnlijke kies van Karin , die moest ontzenuwd worden. Er zijn natuurlijk minder mooie plaatsen om te moeten wachten … en tandprobleem is opgelost !
In Huahine, een eiland verder westwaarts, konden we alle proviand inslaan aan de kade van Fare, zeer efficient. Nadien twee prachtige dagen in de rustige baai van Tahaa, waar we elke avond het ganse dorp zagen trainen voor de Heiva, een jaarlijkse danswedstrijd tussen alle eilanden van Polynesie. Iets waar wij zouden van kunnen leren: kun je voorstellen, met gans uw dorp elke avond samen dansen ? Van Tahaa naar Bora Bora, ankeren voor de veelbelovende Bora Bora Yachtclub , ik moest daar toch mijn kop laten zien . Helaas, club is, zoals veel op dit veel belovende eiland, gesloten omwille van gebrek aan belangstelling. Een trend die we op verschillende eilanden moesten ervaren, het toerisme heeft hier een serieuze deuk gekregen. Twee dagen later met succes door de nauwe pas van Maupiti gevaren. Je moet je voorstellen, een gat van 50 meter breedt, links en rechts machtige rollers , opnieuw een adrenalinestoot ! We moesten er dan wel een week blijven omdat de golven te groot werden om weer buiten te varen(doch idem opmerking Moorea) . Op 23 juni vertrokken we naar Rarotonga, een eiland behorend tot de zuid Coock eilanden, die een affiliatie hebben met Nieuw Zeeland . Met een gemiddelde van 6,5 knopen kwamen we na vier dagen aan in Avatiu haven. De enige mogelijke aanlegplaats op Rarotonga, doch niet beschermd voor Noorderwinden, die we natuurlijk net hadden. We bonkten twee keer tegen de kade, ons anker wou niet “pakken” en moesten ons
‘s nachts nog twee keer verleggen in een heksenketel , doch uiteindelijk “stern to” aan de kade. Onze slechtst ervaring tot op heden, doch na een mooie dag, weliswaar twee dagen later, is alles weer vergeten.
Rarotonga is een prachtig eiland, waar je de meest verscheiden mensen tegenkomt, unieke kerkdiensten en ook het merkwaardigste geld. We beleefden een kerkdienst met swingend gezang, denk maar aan Vantgroenenwoud en nadien nodigden ze ons uit voor een maaltijd, omdat we gasten waren. Tevens hebben ze als enigste ter wereld driehoekige munten en een drie dollar biljet.
We blijven hier tot 8 juli vermits we wachten op Jakke, een Aantwaarpse “studie”genoot uit Leuven, om verder te varen naar Aitutaki, Palmerston , Tonga tot in Fiji. Daar stappen nogmaals twee vriendinnen van Karin op, om , je gelooft het niet als je ze ziet, haar vijftigste lente te vieren !
PS: hebben hier telefoonbereik, check elke dag mail tot 9/07, daarna terug op zee !

zaterdag 28 mei 2011

Bora Bora & terugreis naar Tahiti - Mei 2011




Onze volgende stop leidde tot wat discussie; Bora Bora is gekend om zijn toerisme en mondaine uitstraling, wat niet echt ons ding is. Het heeft echter één van de mooiste laguna’s ter wereld (volgens de boekjes weliswaar), dus ik vond toch dat we er eens naartoe moesten nu we zo dicht in de buurt waren. We blijven er twee nachten, de eerste nacht liggen we in een baai van waaruit we een grote wandeling maken naar de andere kant van het eiland, de dag erna varen we naar een ‘motu’ (de benaming voor de kleine eilandjes die rond het grote eiland liggen en waar het vaak een stuk rustiger is) en ankeren we vlak naast het Hilton hotel. Ik moet hierbij opmerken dat alle hotels hier in dezelfde stijl zijn, houten hutjes op het water, veel mooier dan de hotels aan onze kust dus. Een gids van papa vermeldt dat er hier in de buurt ‘excellent snorkeling’ is te vinden. Papa neemt het voortouw en gaat –achteraf gezien tot groot jolijt van ons- op prospectie. Aangezien het water een hele tijd slechts tot kniehoogte komt en mama zijn sandalen heeft aangeslagen, probeert hij met z’n peddels alle zee-egels, koralen en stenen te omzeilen. Na een tijdje is hij het beu en nemen we het verstandige besluit om via een weg (ipv opnieuw door het ondiepe water te ploeteren) terug naar de boot te lopen en nemen we daar onze dinghy en varen we naar het midden van de laguna waar we precies in een aquarium terechtkomen, excellent snorkeling indeed! ’s Avonds willen we de decadente toer opgaan en gaan we een cocktail drinken in het Hilton. Het blijkt er elke avond happy hour te zijn, waardoor de cocktails er uiteindelijk minder kosten dan in ons landje. Een succesvolle avond!
Bora Bora was ons eindpunt, dus nu begint onze terugreis naar Papeete, waar ik op 29 mei terug vertrek naar België.

Karin:
Op onze terugvaart naar Tahiti hebben we ook één nacht geankerd in Raiateia waar we de rivier hebben verkend met onze dinghy; wederom een prachtige natuur en heel vriendelijke locals. In Huahine zijn we ook nog heel lekker gaan eten in een typisch restaurantje met gegrilde mahi mahi (dorade) op het menu.
Nu liggen we terug voor anker in Tahiti ,in de baai van Faa”a bij de marina Taina. Vlakbij is er een prachtige snorkelplaats waar de vissen de ontbijtcrackers uit je hand komen eten.
Gisterenavond hebben we dan nog genoten van een prachtig traditioneel dansspektakel met lokale muziek; veel pluimen, schuddende strooien rokjes en bronstige krijgers.
Vandaag sturen we dit blogverslag door; we hebben een heerlijke maand beleefd met ons drietjes in dit paradijselijke oord en het is verschrikkelijk jammer dat het alweer voorbij is…..
Vele exotische groetjes aan iedereen! Soetkin, Karin en Steven (zaterdagochtend 28 mei)

Steven:
De kapitein kan er alleen de laatste woorden van Wittgenstein aan toevoegen: zeg ze dat ik een prachtige tijd heb gehad !

Taha’a - Mei 2011





Bij het verlaten van de baai op 18 mei worden we vergezeld door dolfijnen als we richting het volgende eiland, Taha’a varen. Vlak onder Taha’a ligt Raiatea, waar we op de terugreis een nacht zullen doorbrengen. Om 14u mooren we aan een boei voor hotel Hibiscus, wat zal leiden tot het absolute hoogtepunt van de reis. Eigenaar Leo vertelt ons over zijn stichting om waterschildpadden te redden. Soms raken schildpadden verstrikt in de netten van de vissers en zijn ze gedoemd om in de kookpot te belanden. Leo koopt de schildpadden van de vissers en geeft aan bezoekers de kans om een schildpad te adopteren en vrij te laten. Zo hebben wij onze eigen schildpad met de toepasselijke naam ‘Soetkin’geadopteerd (een echte Vlaamse naam die –aldus papa- het doorzettingsvermogen van de Vlamingen zal doorgeven aan onze schildpad). Na een ‘piercing’ met haar unieke nummer nemen we Soetkin mee in onze dinghy en varen we verder naar de plaats waar we haar gaan vrijlaten. Mama en ik krijgen de eer om haar los te laten, een fantastisch gevoel!
Taha’a is verder een heel mooi eilandje, rustig en prachtige natuur. We eten er ’s avonds lekkere Merlijn en bezoeken de volgende dag nog een ecologische vanilleplantage (5% van de algemene vanilleproductie gebeurt in Polynesië, wat tevens een ander soort vanille is dan de staafjes die wij kennen). We zullen er de volgende dag ook nog haaien en een schildpad (niet Soetkin) spotten tijdens het snorkelen.

Moorea & Huahine - Mei 2011





Moorea-Na het ‘drukke’ Tahiti (veel verkeer -hoewel er maar 1 grote baan rond het hele eiland is- en veel inwoners -Tahiti is de centrale werkplaats voor alle Polynesiërs)) komen we in het paradijselijke Moorea, waar de Cooksbay vijf dagen onze ankerplaats zal zijn en waar we onze eerste schildpad spotten en de rog ‘Ray’ ons regelmatig komt bezoeken.
Na een dagje chillen halen we onze fietsen boven en gaan we via de Ananasroute op weg naar de Belvédère van waaruit we een mooi uitzicht hebben op de Cooksbay en Baie d’Opunohuu. We worden vaak nagestaard door toeristen in auto’s en op brommertjes want de weg is nogal steil en hobbelig, maar onder papa z’n blik durven we niet op te geven. Ook de volgende dag trekken mama en ik erop uit met de fiets en ontdekken we een prachtig strandje, terwijl papa zijn wilde haardos laat knippen. Het gevolg is dat iedereen sindsdien denkt dat we Duitsers zijn. De volgende dag laten we het sportieve achterwege en huren we scooters waarmee we het eiland rondrijden (zo’n 60km), een toffe ervaring!

Huahine–De vijftiende lichten we om 16u het anker en vertrekken we naar Huahine, een nachtelijke tocht van 80 mijl op een woelige zee (de zelfgemaakte lasagne was geen goed idee). We leren al snel dat pap de kampioen van de wachten is en hij zich zonder problemen opoffert voor de twee vrouwen aan boord. De volgende dag ankeren we om 8u30 in de baai van Fare, het grootste stadje van Huahine. Wat de oudjes meteen opvalt is dat het bier en de wijn in de supermarkt een stuk goedkoper zijn dan in Tahiti (je moet rekenen dat een fles wijn in Polynesië minimum 10 euro kost en een blik bier 2 euro), een belangrijk gegeven als je weet dat ze binnenkort bezoek krijgen van Jakke, Karin en Katrien!
Ook in Fare huren we fietsen en is ons doel om Maeva te bezoeken, waar historische tempels liggen. Lang blijven we er echter niet talmen als we zien dat het een hoop stenen betreft die moeilijk kunnen concurreren met o.a. Griekse en Romeinse tempels. We fietsen door naar het vervallen Sofitel waar we in het water duiken en snorkelen. Hier zien we wat we later in Bora Bora onder andere nog meer zullen zien, namelijk dat veel luxehotels failliet zijn gegaan en liggen te vervallen (Papa meent dat het toerisme wereldwijd een dieptepunt heeft bereikt, wat ik niet ontken, maar volgens mij heeft het ook te maken met het feit dat teveel hotels op hetzelfde moment gebouwd werden, waardoor er sowieso een overaanbod was). We maken tijdens onze tocht ook nog kennis met blue eyed eels (grote alen met blauwe ogen dus). Nog een opmerking na onze tocht: iedereen is heel vriendelijk en zegt meteen ‘Aiorana’ en langs de wegen zie je overal gaten waarin grote krabben schuilen.

Tahiti - mei 2011




Soetkin:
Tahiti - Dinsdagmorgen 4 mei om 5u geland in Papeete, Tahiti, tevens de hoofdstad van heel Frans-Polynesië. Daar wachten mama en papa mij op met bijhorende bloemenkransen en rijden we naar Arué, waar de White Wizard op ons ligt te wachten. Uiteindelijk zullen we door motorproblemen acht dagen in Tahiti blijven. Papa kennende wil hij de problemen eerst zelf oplossen, dus terwijl hij zijn dagen al prutsend vult op de boot, verkennen wij vrouwen het eiland. Daarbij krijgen we onder andere de hulp van Gina en haar broer, de kinderen van Fernando en Stella (zie vorig verhaal). In Tahiti maken we voor het eerst kennis met ‘Roulottes’, minibusjes die op straat eten klaar maken en verkopen. Later zullen we merken dat deze typisch zijn voor alle eilanden. Onze volgende indruk is dat Tahitianen zeer sportief zijn. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat wordt er –zowel tijdens school als in vrije tijd- gezeild, gedanst en vooral Va’aa beoefend. Dit zijn typische kano’s (‘pirogues’) met een zijvlotter, volgens papa de allereerste catamarans (zonder zeil weliswaar). Ze bestaan in verschillende formaten, maar wij richten onze blik vooral op de grootste, waarin zes gespierde roeiers het beste van zichzelf geven –papa kan er alleen maar van dromen. Vooral de wisselfases zijn spectaculair.
Met het oog op de Heiva, een festival dat in juli plaatsvindt over alle eilanden, komen er elke dinsdag- en donderdagavond een honderdtal dansers op het sportterrein vlakbij bijeen om te oefenen. De dansen eisen zowel bij de vrouwen als mannen enorme fysieke inspanningen en zijn spectaculair om te zien (Papa vindt dat het iets weg heeft van de Haka). Opvallend is dat de ondersteunende muziek live wordt verzorgd door djembe-spelers en gitaristen en dat er tijdens de dans ook wordt gezongen. Prachtig spektakel!
In Papeete is de Papeete Marché de grootste blikvanger; een overdekte markt waar ze alle soorten groenten, fruit, vis en vlees verkopen. In Papeete laten we van de parels die mama en papa van Fernando hebben gekregen oorbellen, hangertjes en een ring maken. De vrouwen zijn dolgelukkig, papa kijkt beteuterd naar zijn lege portemonnee.
Na wat heen en weer gebel met Jan in België, wordt duidelijk dat het motorprobleem een fabricagefout van Volvo betreft. De onderdelen worden pas binnen een maand geleverd, maar ondanks een onzekere bakboordmotor beslissen we toch richting Moorea te vertrekken. De jachthavenmensen in Arué kijken wat vreemd op –alle eilanden hier worden immers omringd door een enorm rif en er zijn maar enkele passes- maar de stuurkunsten van kapitein Steven leiden ons overal zonder problemen binnen en buiten.

zaterdag 30 april 2011

Foto's


Markiezen en Tuamoto atollen


Zoals gezegd varen Karin en ik nu richting Papeete , Tahiti, waar Soetkin een maandje aan boord komt. Een maandje omdat de tijd zo snel vliegt. Van Atuona, gelegen op het Markieze eiland Hiva Oa, waar we toekwamen na de oversteek met Jan en Joris, deden we baaitjes op de naburige eilanden Ua Haku en Nuka Hiva, het administratief centrum van de Markiezen. Vandaar naar Ua Pou, het laatste Markiezen eiland voor de oversteek van 465 mijl of vier dagen, naar de Tuamoto atollen. Hierbij moet je je voorstellen: een krater vol water en rondom een ring van dunne eilandjes, met meestal maar één nauw gat om er in te varen. Dit betekent wel stromingsberekening, anders geraak je er niet in, of vlieg je met de stroming mee, de riffen op . Manihi, ons eerste atol , is vooral gekend van zijn parels en dito kwekerijen. De rest van de atols moet het hebben van gedroogde kokosnoten of Copra voor de parfurmerie industrie en een beetje visserij. In Manihi leerden we dan nog Fernando en Stella kennen, de plaatselijke bakkers . Een onbeschrijfelijk , exact even oud, vriendelijk koppel ,de reclame op zichzelf voor dit stukje van de wereld. Hij leerde ons het proces van de parels kweken, vissen schieten met de harpoen, mooie vis zien en vangen, zij leerde ons deze koken op een culinaire manier, en wij leerden hen pizza bakken en koekebrood maken.
Hun levensfilosofie , bemin een vreemde belangeloos, zoals jezelf, is iets om de hele wereld over te dragen. Zij komen in 2012 naar ons, ik hoop dat jullie ze ook zullen mogen ontmoeten. Nu liggen we op Tikehau, onze laatste stop op de Tuamoto, voor we de trip van twee dagen naar Tahiti maken. Hert weer zit mee, bij jullie trouwens ook, horen we, en we hebben prachtige ervaringen zoals je las, dus alles ok.
Een min puntje : we willen meer foto's toevoegen, maar dit lukt ons niet, misschien weet iemand een oplossing ?

zondag 10 april 2011

De stille oceaan of Pacific



Zoals gemeld in ons vorig bericht, we konden opnieuw genieten van een uitzonderlijke crew : Joris , Dendermondenaar,de scrabblekampioen, Thomasfan en voortreffelijk visser met de plank op bonitos , en Jan, Aalstenaar,chief engeneer, visser , karnavalfan en Mc Giver . Het werden uiteindelijk 24 dagen varen. De eerste twee dagen geen wind, vandaar traag en een beetje motor bij. Daarna ging het vlotter en de laatste 16 dagen is de spi er niet af geweest. Zalig zeilen. Jullie vragen zich natuurlijk af wat je zo al doet op een kleine 90 M² met zijn vieren met rondom alleen maar water. Eerst en vooral worden de "wachten " afgesproken. Iedereen moet 2,5 uur de wacht houden, dwz zien dat het schip zijn koers houdt, we met niets of niemand in aanvaring komen, de zeilen goed staan (vooral de spinnaker dus) en is dan 7,5 uur vrij. 24 op 24 uur wordt er gewaakt. We zien echter geen schepen doch wel prachtige sterrenhemels. Om de twee dagen worden er twee broden gebakken. Om 8u3O samen ontbijten, bijpraten over de te volgen strategie aan de hand van de weerberichten, het weerbeeld en onze positie. Afwassen wordt een prettige routine en elke dag wordt de kuip geveegd . Daarna gaat iedereen wat chillen. Zij die de laatste wachten hadden in de nacht nog wat slapen , de andere, niet van wacht leest een van de vele goede boeken aan boord. Tegen 11.30 kan er een pintje vanaf en worden er hapjes gemaakt voor het middagmaal. Samen eten blijft een van de aangenaamste activiteiten , en erna is er collectieve siestatime, behalve voor die van wacht natuurlijk. Om 15.OO is er koffie, al dan niet met een vers klaargemaakt gebak of chocolade en tegen 17.OO wordt alweer aan het avondeten gedacht en gewerkt .
Regelmatig wordt volgens de graden de klok een uur teruggedraaid. We genieten samen van de zonsondergangen waarna we aan tafel gaan. We moeten en leven graag met de zon. Doch de dag wordt regelmatig onderbroken door het spotten van dolfijnen , die naast en voor ons zwemmen, en walvissen . Steeds opnieuw een prachtige belevenis die moeilijk te beschrijven is. Tevens worden er , af en toe, een tonijn ( beter als biefstuk) en een Dorade (evengoed als onze noordzeetong), gevangen . Opmerkelijk moment op 4 april, Jan werd 48 lentes. s Nachts gebakken, boot versierd in de overtuiging dat de jarige niets zou merken . Doch de karnavalman is veel gewoon. Volgens ons had hij alle atributen bij om op zijn eentje het volledige Aalsters karnaval na te bootsen. Het feit dat de een uit Aalst , de ajuin, en de ander uit dendermonde, met zijn pièrd, kwam, zorgde voor dagelijkse hilariteit.
Kortom, de 24 dagen vlogen voorbij en we zijn veilig geland in Hiva Oa op de Markiezen. Op 11 april kwam dan de vlucht uit Egypte. Plots konden Jan en Joris onmiddellijk een vlucht krijgen van hier naar Papeete, om vandaar naar huis te vliegen. Op 2 uur tijd werden de graven van Brel en Guagin bezocht, alles ingepakt en gekoerst naar de luchthaven (vliegveldje).
Wij met zijn tweetjes nu verder via de Tuamotu eilanden naar Papeete, (700 mijl) , Tahiti, waar Soetkin op 4 mei ons zal vergezellen.

woensdag 16 maart 2011

Panamakanaal en de Galapagos

Op 5 maart is het eindelijk zover , na evenveel dagen wachten komt de loods tegen de avond aan boord . Noord- en Zuid Amerika doorkruisen via dit kanaal is een fantastische belevenis. Natuurlijk is onze bekwame bemanning de hoofdreden, maar de prachtige natuur en de beesten , het imposante van de kanaalwerken en twee toffe loodsen maken van de doortocht een topevenement. Een onvergetelijk avontuur omwille van lake Gatun, drie sluizen, nogmaals opgedeeld in twee of drie versassingen, het gekrijs van apen in de nacht, het spotten van een grote krokodil en prachtige vogels. En dan natuurlijk de Pacific... Ons vertrek van Panamacity naar de Galapagos heeft wat vertraging door bureaucratische toestanden, maar op 7 maart lichten we het anker richting Darwins favoriete plaats, goed voor 870 mijl non stop naar Isla San Cristobal. De eerste 24 uur was prachtig zeilen, maar met de tijd vermindert de wind. We krijgen wel regen en bliksems die de lucht , net als de sterren, een prachtig dekoreren. Opnieuw een onvergetlijke tocht door de aanwezigheid van meerdere walvissen, nog veel meer dolfijnen en regelmatig een rode tonijn of enkele bonitos aan de vishaak .Deze laatste werden door meesterkok Jean omgetoverd in een superlekkere sushi of gebakken tot een overheerlijke delicatesse.Zaterdag 12 maart om 06.00 , thuis is het uurverschil gestegen tot 7 uur, steken we de Evenaar over. Voor vier van ons de eerste keer,dus moesten we gedoopt worden door Neptunus Jean . We drinken er een glaasje cava op , doen een zwempje in de grote oceaan en om 11.00 doopt Nepunus ons.
Bij aankomst op de Galapagos vernemen we van Soetkin voor het eerst iets van de Tsunami. Wijzelf hebben er niets van ondervonden, doch hier werd op een ander eiland wat schade ondervonden en er zijn stukken stranden weggespoeld. Je bent echter veiliger op zee dan aan de kust, dus is er geen ongerustheid nodig. Zondag 12 maart ankeren we in de Wreckbay in San Cristobal . Onvoorstelbaar veel zeeleeuwen zwemmen rond en waar ze ook maar een gaatje vinden komen ze aan boord wat tot hilarische toestanden leidt. Vermits we hier moeten wachten op een reparatiestukje voor de motor koppelen we het nuttige aan het aangename en gingen we gisteren een ganse dag op excursie. De eilandengroep is niet voor niets beschermd natuur werelderfgoed. We zien dieren die nergens anders ter wereld voorkomen zoals de Blauwvoet boobie, vandaar vliegt de blauwvoet , storm op zee ,en zwemmen tussen Leguanen die hun onder eten onder water halen. Tevens verschillende Eagle rays, Manta reys en een massa haaien,lustig kuierend rondom ons, snorkelend tussen de rotsen. Zoals jullie lezen, tot op vandaag kunnen we moeilijk beschrijven hoe mooi dit avontuur voor Karin en mezelf wel is. We hopen via deze weg wat te kunnen meegeven aan jullie en danken allen voor de interesse en de bemanningen die ons hielpen voor de grote oversteken. Straks wacht ons de grootste oversteek . 3200 zeemijlen tot aan de Markiezen. Jean is afgestapt, met Jan en Joris zijn we met vier voor, naar schatting 21 dagen op zee.
Afspraak op de Markiezen ...
De internet en telefoonverbindingen wijn hier niet alles, vandaar geen foto-s deze keer. Wordt rechtgezet.Ok het toetsenbord verschilt van wat wij gewoon zijn, daarom vind ik niet altijd het juiste teken.

woensdag 2 maart 2011

Cartagena-San Blas eilanden en Colon




we lazen het in verschillende boeken, dus waren mentaal voorbereid: de tocht langs de Colombiaanse kust behoort tot de top vijf van de moeilijkste. Omwille van de grote diepteverschillen, de grillige kust en de Helena, s' lands grootste riviermonding, is het er steeds woelig. Vooral grote golven die van alle kanten komen en gelukkig maar 30 knopen wind, die hier blijkbaar altijd staan. Maar na twee nachten en drie dagen veilig aangekomen in de baai van Cartagena. Een prachtige historische stad met een rijk spaans verleden. De veiligheid was er op en top in tegenstelling tot "van horen zeggen". Zeer vriendelijke mensen in een prachtig decor.
Hier kwam ook Jean aan boord. We hebben het geweten, hij kan zo goed koken dat ons gewicht terug, vooral wat mij betreft, lelijk de hoogte ingaat. Cartagena, San Blas was een rustige tocht van twee dagen. Opnieuw een unieke ervaring. De Kuna indianen hebben besloten het "moderne" leven niet te volgen, en blijven dus op hun eilanden voor de Panamese kust, de tradities in ere houden: wonen in hutten, geen electriciteit, traditionele indianenklederdracht enz.... Doch open voor allen die , per boot, langskomen. Hun inkomsten halen ze uit de uitvoer van kokoksnoten, de vrouwen maken er mola's , typische genaaide kunstwerkjes, en verder leven ze van de rijke visvangst. Ze verkopen langoesten aan de passerende yachten en eten de rest zelf op. Een onvoorstelbaar mooie lokatie, vraag is of de Kuna's lang de druk van onze beschaving gaan kunnen weren. Materialisme is een kwade vijand! Na drie onvergetelijke dagen vaarden we naar Colon, de atlantische ingang van het Panamakanaal. Het eerste wat je ziet zijn de tienallen wachtende cargo's voor en in het havengebied: Zeebrugge X 20. Hier kwamen Jan en Joris onze doorvaartploeg vervolmaken. Je moet namelijk minimum met vijf zijn aan boord van één schip, om het kanaal te mogen doorvaren. Na een hele bureaukratische molen, wachten we nu op de toelating voor de doorvaart. We zien er naar uit en later veel meer hierover. De dagen die we moeten wachten kunnen we echter goed opvullen voor de noodzakelijke reparaties en inslaan van proviand voor zo'n zes weken. Na het kanaal varen we op een week naar de Galapagos, waar niets in te slaan valt, en daarna met zijn vieren nog een viertal weken op de stille oceaan, meteen het langste ononderbroken stuk.